We komen weer ‘boven water’
De uitdrukking ‘boven water komen’ betekent vanouds dat iemand die lang uit zicht is geweest, plotseling weer tevoorschijn komt of ‘opduikt’. Nu is er een nieuwe betekenis: steeds meer mensen komen weer ‘boven water’ met hun huis. Je staat ‘onder water’ als je hypotheekschuld hoger is dan de waarde van je huis. Vorig jaar was dat nog bij 1,1 miljoen huiseigenaren het geval. Maar het afgelopen jaar zijn 165.000 huishoudens weer ‘boven water’ gekomen, zo heeft de Rabobank berekend. Het aantal ‘onder water’-huishoudens is daarmee 15 procent gedaald.
De economen van de bank – een van de grootste hypotheekverstrekkers van ons land – schrijven dat dit te maken heeft met de stijging van de huizenprijzen en met extra aflossingen die vorig jaar zijn gedaan. De huizenprijzen zijn het eerste kwartaal van dit jaar gemiddeld 2,4 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2014. En alleen al bij de Rabobank is er vorig jaar 4 miljard euro extra afgelost.
Als deze trend doorzet, dan is in 2019 een situatie bereikt die vergelijkbaar is met de situatie in 2008, dus vlak voor de crisis op de woningmarkt uitbrak: zo’n 450.000 huiseigenaren staan dan nog met hun hypotheek onder water. En in 2025 zou nog maar 3 procent van de huishoudens een woning met onderwaarde hebben, zo’n 120.000 huishoudens. Deze berekening gaat dus uit van een jaarlijkse prijsstijging van gemiddeld 2 procent en van een vergelijkbaar aflossingspatroon als in het afgelopen jaar.
Een paar kanttekeningen zijn hier op zijn plaats. De prijsstijging is een gemiddelde; in een aantal regio’s is die beduidend hoger (vooral in Amsterdam en Utrecht). In krimpregio’s als Groningen en Drenthe zijn de prijzen nog steeds dalend, dus daar komen wellicht minder huiseigenaren boven water. Wat betreft de aflossingen: niet alle extra aflossingen hebben betrekking gehad op hypotheken die onder water staan. Tevens kan het aantal extra aflossingen te maken hebben met de verruimde schenkingsmogelijkheid van vorig jaar, waarin bijvoorbeeld ouders hun kinderen extra geld mochten schenken. Als dat zo is, zou de stijging in extra aflossingen dit jaar weer af kunnen nemen, omdat de verruiming nu weer ongedaan is gemaakt.
Niettemin kan toch gesproken worden van een positieve ontwikkeling. Uit het onderzoek van Rabobank blijkt verder dat een relatief grote groep huizenbezitters (ongeveer 175.000) kampt met een onderwaarde die beperkt blijft tussen de 10.000 en 20.000 euro. Zij komen bij een geringe prijsstijging dus al weer snel ‘boven water’.
Er kan dus wel degelijk gesteld worden dat steeds meer huiseigenaren straks met droge voeten van hun woning kunnen genieten. Voor een goed begrip: wie geen betalingsproblemen en/of verkoopplannen heeft, hoeft bij een ‘onderwatersituatie’ zijn adem niet in te houden. Als de prijsstijgingen doorzetten en die gaan in onze regio het gemiddelde van 2,4% al iets te boven, dan verdwijnt op termijn de onderwaarde situatie. Wie extra kan aflossen, kan natuurlijk ook die weg bewandelen. Win hier wel gedegen – op uw persoonlijke situatie gericht – advies in. Het is niet in alle gevallen gunstig.