Pas op met ‘landjepik’
De discussie over gemeentelijke herindeling is weer in volle gang. Je kunt daar op verschillende manieren tegenaan kijken. Bestuurlijke slagkracht en vlotte regionale besluitvorming spelen een grote rol. Vanuit de kleinere gemeenten wordt er vaak naar gekeken met de blik van: “De grote buurman komt onze grond en onze voorzieningen inpikken.” Daar komt dan de emotie om de hoek: niets ligt zo gevoelig als ‘landjepik’, dat weten we ook uit talloze afleveringen van De Rijdende Rechter.
Ik laat de bestuurlijke discussie deze keer even voor wat die is en kijk eens naar een andere vorm van ‘landjepik’: nl. die van particuliere grondeigenaren/inwoners die een stukje gemeentegrond bij hun eigen terrein trekken. Dit begint soms heel sympathiek. Het stukje gemeentegrond naast of achter mijn tuin wil ik wel onderhouden en een beetje leuker beplanten, denkt men. Als de gemeente dat toestaat, kan een situatie ontstaan waarin een bewoner redeneert: ach, dan zullen ze er ook wel geen bezwaar tegen hebben dat ik dit stukje grond uiteindelijk definitief bij mijn tuin betrek en het ook – na zoveel jaren gewoonterecht – als mijn eigendom ga beschouwen.
Maar dan moet u even opletten. Het Bossche gerechtshof heeft onlangs in hoger beroep uitspraak gedaan over een situatie waarin een bewoner ruim 20 jaar voor een stukje gemeentegrond heeft gezorgd. Meer dan goed gezorgd zelfs! Het begon met beplanten, daarna is een stukje beschoeiing aangebracht en uiteindelijk heeft de bewoner zelfs een klinkerpad aangelegd. De kantonrechter was van mening dat het aanleggen van de beschoeiing een ‘bezitsactie’ was (vergelijkbaar met het plaatsen van een omheining) en dat de gemeente door hiertegen geen bezwaar te maken ‘desinteresse’ heeft getoond.
Het gerechtshof daarentegen spreekt uit dat het voor de gemeente op geen enkele wijze duidelijk was dat het aanbrengen van begroeiing, beschoeiing en tegels zou kunnen leiden tot verlies van eigendomsrechten. De gemeente kon de situatie ‘gedogen’ en de werkzaamheden van de inwoner beschouwen als ‘een particuliere bijdrage aan het openbaar groen’. Het kan nooit zo zijn dat dit soort werkzaamheden in feite een overdracht van eigendom inhouden, zegt het hof.
Zo geldt voor inwoners net als voor bestuurders: pas op met ‘landjepik’!