Na de euforie met beide benen op de grond
Je hebt van die weken dat alles mee lijkt te zitten. De zon schijnt en het wordt echt een prachtige lente. PSV verovert na jaren de landstitel en het is groot feest in Eindhoven. De één viert zijn verjaardag, de ander het behalen van een zwemdiploma en weer een ander de succesvolle verkoop of aankoop van een huis. Het zijn allemaal mooie momenten die gevierd mogen worden en – als het goed is – een positief vervolg krijgen.
Helaas betekent het niet dat het voortaan op alle fronten rozengeur en maneschijn is. Om toch maar even bij de woningmarkt te blijven: het herstel lijkt weliswaar voorzichtig door te zetten, maar een paar minder positieve factoren remmen de verdere vooruitgang. De normen die het NIBUD hanteert – en door het kabinet als bindend vastgelegd – voor de hypotheekmogelijkheden van de woonconsument hebben een drukkend effect op het herstel. Het betekent dat mensen minder mogen lenen dan voorheen uit vrees dat zij later – ingeval van bijvoorbeeld werkloosheid en/of scheiding – in betalingsproblemen komen.
In een recente studie van wetenschappers van de TU Delft in opdracht van de NVB (vereniging van ontwikkelaars en bouwondernemers) staat dat de nieuwe normen onvoldoende rekening houden met verschillende situaties in verschillende huishoudens. Zo zouden twee juist afgestudeerde tandartsen net zo veel mogen lenen als een echtpaar met twee vmbo-diploma’s en aanzienlijk lagere inkomensverwachtingen. Bovendien kan een huishouden met tweeverdieners minder lenen dan een echtpaar met een eenverdiener met hetzelfde huishoudinkomen, uit vrees voor het toekomstig wegvallen van één inkomen door de komst van kinderen of door een echtscheiding. Terwijl ook de eenverdiener na een scheiding de woonlasten meestal niet in zijn eentje kan opbrengen. De onderzoekers vinden deze aanpak niet alleen betuttelend, maar ook slecht onderbouwd.
Terecht wijzen veel critici erop dat mensen die een hypotheek met een forse last wel kunnen en willen betalen, nu noodgedwongen aangewezen zijn op een huurwoning met een nog hogere woonlast. Dan legt niemand ze een strobreed in de weg. En dat terwijl de betalingsmoraal van de Nederlandse huiseigenaar internationaal als uitzonderlijk goed mag worden beschouwd.
Helaas lijkt de brede kritiek niet te leiden tot aanpassing en staan we dus – na de eerste euforie – weer met beide benen op de grond. Ook de grens voor een Nationale Hypotheek Garantie (NHG) wordt per 1 juli weer lager. Zo’n garantie zorgt voor korting op de hypotheekrente en is nu mogelijk op hypotheken tot € 265.000 (inclusief bijkomende kosten). Dat betekent dat bij aankoop van een bestaande koopwoning de koopsom plus eventuele verbouwingskosten niet meer mag zijn dan € 250.000; datzelfde bedrag geldt voor de maximale koop-/aanneemsom inclusief meerwerk van een nieuwbouwwoning. Per 1 juli gaat de grens omlaag naar € 245.000,-; de koopsom (inclusief verbouwing of meerkosten) mag dan niet meer bedragen dan € 231.132,- Een lichtpuntje tot besluit: als u over een hypotheekofferte beschikt die voor 1 juli 2015 is uitgegeven door de bank, dan geldt de oude grens ook nog als de ondertekening van de offerte op latere datum plaatsvindt.